Correctie loon voor dga van uitzendbureau
Door een schriftelijke arbeidsovereenkomst en inschrijving als bestuurder in het Handelsregister Een dga is sinds 17 maart 2017 bestuurder en enig aandeelhouder van een uitzendbureau. Alleen administratieve werkzaamheden niet aannemelijk Het hof stelt vast dat de dga ab-houder is en werkzaamheden heeft verricht voor zijn Geen gevaar voor continuïteit Ook kan de dga niet aannemelijk maken dat uitbetaling van het gebruikelijk loon de Geen geslaagd beroep op gelijkheidsbeginsel De dga beroept zich op het gelijkheidsbeginsel. Bij zijn neef is de Belastingdienst Bron: Hof Den Haag 24-01-2024 (gepubl. 19-02-2024).
slaagt een dga niet in het bewijs dat hij alleen maar administratieve werkzaamheden
verricht voor zijn bv. De gebruikelijkloonregeling is van toepassing.
Vanaf 7 september 2018 is een oom van de dga medebestuurder. Op 27 maart 2017 heeft
de dga een schriftelijke arbeidsovereenkomst getekend waarin een maandelijks salaris
is opgenomen van € 4.000 bruto per maand. Tijdens een boekenonderzoek komt aan het
licht dat de dga voor de jaren 2017 en 2018 loon heeft aangegeven dat lag onder het
normbedrag van € 45.000. In 2019 is de bv ontbonden. De Belastingdienst legt navorderingsaanslagen
IB/PVV en Zvw 2017 en 2018 op.
Bij Hof Den Haag is in geschil of de bedragen die de inspecteur in aanmerking heeft
genomen als gebruikelijk loon in 2017 en 2018 terecht zijn.
vennootschap. De gebruikelijkloonregeling is dus van toepassing. De dga voert aan
dat hij slechts eenvoudige administratieve werkzaamheden heeft verricht. Het hof vindt
dat de dga dat niet aannemelijk heeft gemaakt. De dga heeft een arbeidsovereenkomst
gesloten waarin is vastgelegd dat hij de functie van directeur vervult. Ook in het
Handelsregister staat dat de dga enig bestuurder is geweest en de dga is eindverantwoordelijke
voor de loonadministratie.
continuïteit van de vennootschap in gevaar zou brengen. In 2016 is een verlies geleden,
maar vervolgens is sprake van positieve resultaten in 2017 en 2018. Daarom is volgens
het hof geen sprake van een structurele verliessituatie. Dat door uitbetaling van
een gebruikelijk loon een verlies ontstaat is nog geen reden om het gebruikelijk loon
naar beneden bij te stellen.
akkoord gegaan met een gebruikelijk loon van € 20.000. De inspecteur verklaart dat
dit ziet op het startjaar in 2016 waarin een verlies is geleden. In de jaren 2017
en 2018 is sprake van winsten. Het beroep op het gelijkheidsbeginsel slaagt niet.