Geen verlaagd btw-tarief voor openluchtvoorstelling

schedule 3 apr 2024
bookmark_border Fiscaal, Ondernemer, DGA, IB-ondernemer, ZZP



Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat voor toepassing van het verlaagde tarief
omzetbelasting het begrip ‘bioscoop’ taalkundig en strikt moet worden uitgelegd.





Een bv exploiteert een animatiestudio. Tot de werkzaamheden behoort het maken van
audiovisuele creaties die in de vorm van een voorstelling worden aangeboden aan een
publiek. Daarvoor organiseert de bv een openluchtvoorstelling. De voorstelling bestaat
eruit dat animatiebeelden en lichteffecten worden geprojecteerd op bijvoorbeeld bomen
en gebouwen in een park. Bezoekers kunnen die beelden tijdens een wandeling van 2,5
kilometer bewonderen. Bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant is in geschil of op het verlenen
van toegang tot de voorstelling het verlaagde tarief omzetbelasting van toepassing
is, hetgeen de inspecteur bestrijdt.


Strikte uitleg van het begrip ‘bioscoop’ De rechtbank moet het begrip ‘bioscoop’ richtlijnconform uitleggen, maar de BTW-Richtlijn
bevat geen definitie van het begrip ‘bioscoop’. Daarom moet de rechtbank het begrip
‘bioscoop’ taalkundig uitleggen met inachtneming van de context waarin het begrip
is gebruikt. Verder is van belang dat de context waarin het begrip ‘bioscoop’ is opgenomen
een dienst omschrijft waarvoor een verlaagd tarief geldt. Dat is in afwijking van
de toepassing van het normale tarief en het begrip ‘bioscoop’ moet daarom strikt worden
uitgelegd.


Een animatievoorstelling is geen bioscoop Een grammaticale uitleg van het begrip ‘bioscoop’ is ‘een theater waar films worden
vertoond’ of ‘theater waarop een projectiescherm films worden vertoond voor een betalend
publiek’. De rechtbank oordeelt dat de door de bv verrichte werkzaamheden en aangeboden
diensten niet voldoen aan de omschrijving van het begrip ‘bioscoop’. Het verlaagde
tarief is niet van toepassing. De rechtbank honoreert ook het bezoek op het neutraliteitsbeginsel
voor toepassing van het verlaagde tarief niet. De bv stelt dat het verlaagde tarief
ook van toepassing is op diensten die vergelijkbaar zijn met die van de bv en daarom
geldt het verlaagde tarief ook voor haar. Maar de bv geeft niet aan op welke specifieke
diensten dan het verlaagde tarief van toepassing zou moeten zijn. De rechtbank handhaaft
de aanslag.


Bron: Rb. Zeeland-West-Brabant 22-03-2024 (gepubl. 02-04-2024)


https://www.fiscaalinfo.nl/document/p1-805384