Niveau van gevolgde opleiding beslissend voor toepassing 30%-regeling
Volgens Rechtbank Gelderland is niet het niveau van de instelling, maar het niveau Een man komt in 2019 naar Nederland om de opleiding European Master in Renewable Energy Niveau opleiding beslissend Rechtbank Gelderland oordeelt dat de man wel degelijk kwalificeert als een ingekomen Bron: Rb. Gelderland 17-01-2024 (gepubl. 18-01-2024).
van de gevolgde opleiding beslissend. In dit geval is de aan een HBO-instelling gevolgde
opleiding geaccrediteerd als een WO-master en leidt ook tot een WO-titel.
aan een HBO-instelling te volgen. Deze opleiding is door Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie
(NVAO) aangemerkt als een WO-masteropleiding voor de periode 29 december 2017 tot
en met 28 december 2023. Hij werkt na zijn studie eerst voor bv 1 tegen een jaarloon
van € 33.696, en treedt later in dienst bij bv 2. De inspecteur weigert (verdere)
toepassing van de 30%-regeling omdat de man vóór indiensttreding bij bv 2 niet als
een ingekomen werknemer kwalificeert. Hij stelt dat de man niet beschikt over het
vereiste masterdiploma in het wetenschappelijk onderwijs, en dus geen ‘specifieke
deskundigheid’ heeft. De inspecteur verwijst hierbij naar een besluit over de 30%-regeling,
waaruit blijkt dat een master bij een HBO-instelling niet kwalificeert.
werknemer voor de 30%-regeling. Vanaf 2015 moet het gaan om een werknemer die ‘in
het wetenschappelijk onderwijs een Nederlandse mastergraad of een hiermee gelijkwaardige
buitenlandse graad heeft behaald’. De rechtbank concludeert dat niet het niveau van
de instelling, maar het niveau van de gevolgde opleiding beslissend is. HBO-instellingen
kunnen tegenwoordig ook WO-onderwijs verzorgen. De door de man gevolgde opleiding
is geaccrediteerd als een WO-master en leidt tot een titel die verbonden is aan het
wetenschappelijk onderwijs, namelijk ingenieur (ir.). Vaststaat dat de man op het
moment van indiensttreding bij bv 1 jonger dan 30 jaar is en dus aan het verlaagde
salariscriterium voldoet. Het besluit waar de inspecteur naar verwijst had betrekking
op een eerdere wettekst en berust volgens de rechtbank ook op een onjuiste wetsuitleg.
De looptijd van de 30%-regeling wordt gekort in verband met de eerdere dienstbetrekking
bij bv 1.